De bezoeker wordt bij binnenkomst geconfronteerd met een
bouwsel waarin het niet te zien is of het om een gebouw
gaat of om coulissen, en of men de achterkant van iets
ziet of de voorzijde. Het is een binnenstebuiten geklapte
tentoonstellingsruimte waarbij men de “schilderijen” van
buitenaf kan bekijken.
Eenmaal aan de buitenkant zijn de kleuren van de
schilderijen ontsnapt in de ruimte. Honderden plastic
schalen gevuld met droge en natte verf liggen uitgespreid
op de grond en krijgen de betekenis van gekleurde cirkels
in de ruimte. Verf is tegen de muren gespat en druppels
verf komen uit het plafond. Gezamenlijk vormen zij en aantal ruimtelijke schilderijen.